Deel 3: De Kleine van Mere wordt ne Groten in Parijs
Op de flanken van Pla d’Adet behaalt Lucien op zaterdag 10 juli 1976 misschien wel de meest heroïsche overwinning uit zijn lange carrière. Het is alleszins de belangrijkste, want door deze zege fietst hij alle andere favorieten op minuten en kan hij het geel stevig om de schouders trekken.
Nu de concurrentie in de lappenmand ligt wordt het stilaan duidelijk: zonder tegenslagen wint Lucien de Tour!
In Mere worden ze gek! Maar zijn die frêle schouders wel stevig genoeg om de last van de leiderstrui tot in Parijs te dragen? De Tour duurt immers nog een week en daarin kan er nog van alles gebeuren. Zonder ploegmaats vallen bijvoorbeeld. Nog nagenietend van zijn overwinning moet Lucien ’s avonds al even flink slikken als blijkt dat meer dan 40 renners, waaronder 5 van zijn ploegmaats bij Gitane-Campagnolo, buiten tijd zijn aangekomen. En dat omdat hij zelf zo hard tekeer was gegaan op de Pyreneeën-cols. Na onderhandelen met de Tour-directie kan ‘de bus’ gelukkig toch in koers blijven.
Zondag 11 juli is het de Vlaamse feestdag en Lucien is opgelucht dat hij de rit zonder zorgen en omringd door zijn ploegmakkers kan starten. Met Lucien stevig in het geel is het in Vlaanderen die dag twee keer feest en zeker in Mere! Daar staan ze met honderden, zo niet duizenden te vieren in de geel versierde straten. Een plaatselijke reporter vergelijkt het zelfs met de uitbarsting van vreugde net na de Bevrijding. Het lijkt wel alsof heel Mere de nacht van zaterdag op zondag feestend op straat heeft doorgebracht.
De rest van de Tour brengt nog weinig verrassingen. Op maandag wint Michel Pollentier de rit, op dinsdag rijdt Lucien een beresterke tijdrit waarin hij 4de eindigt, na Ferdinand Bracke die in 1967 nog het Werelduurrecord had gebroken. Op woensdag volgt, tot wanhoop van de renners, nog een ‘folieke’ van de Tour-bazen. Op de Quatorze Juillet moet het peloton immers maar liefst 3 etappes afwerken. Gekkenwerk vindt iedereen. Enig lichtpuntje die dag is de ritwinst van Freddy Maertens in twee van de drie etappes. En zonder het ellebogenwerk van Jan Raas had hij ze zelfs alle drie gewonnen!
Op vrijdag 16 juli staat met de beklimming van de Puy de Dôme de laatste zware rit van deze Tour op het programma. En Lucien is erop gebrand die rit te winnen. En kijk: de talrijke Vlaamse supporters die de rit volgen op de flanken van de vulkaan, zien Lucien samen met Zoetemelk de top bereiken. Maar helaas, de Nederlander weet nog te ontsnappen en wint met kleine voorsprong. Zoetemelk, alweer hij!

De vele supporters uit Mere kleuren Parijs geel!
Vanaf nu gaat het in rechte lijn naar Parijs. Terwijl Lucien al van het podium droomt, wint Freddy Maertens op zaterdag en zondagochtend en passant nog 2 ritten, wat zijn totaal in deze Tour op 8 brengt. En dan is daar eindelijk de afsluitende rit op de Champs Elysées. Voor dag en dauw al is een hele kolonne supportersbussen uit Mere en de rest van Vlaanderen vertrokken richting Parijs. Uiteraard draait de rit uit op een sprint, maar wel één met een verrassende winnaar. De snelle Maertens laat zich voor één keer in de luren leggen en verliest nipt van de Nederlander Gerben Karstens. De Merenaren laten het niet aan hun hart komen. Vrolijk zingend zijn ze er bij de arrivée getuige van hoe midden in het pak één van hen, diene Kleinen, zijn handen triomfantelijk in de lucht steekt. Eindelijk! Onze Lucien heeft het geflikt! Daar heeft iedereen wekenlang naar toe geleefd, Lucien zelf niet in het minst.
Op het erepodium wordt Lucien bijna overrompeld. Met veel moeite wordt hem de gele trui over het hoofd getrokken. En plots staat ook zijn moeder Julia daar. Op miraculeuze wijze van achter de toog in Mere naar de Champs Elysées gekatapulteerd, in haar beste zondagse kleed. Ze pakt Lucien stevig vast en geeft hem een omhelzing zoals alleen moeders dat kunnen. Vrouw Rita staat er bij, overmand door emoties. Vader Jef ziet het op tv gebeuren, maar ook voor hem is het de schoonste dag van zijn leven. Merci, Lucien!
En Lucien? Die rijdt na drie weken Tour, na al die inspanningen en na al die gekte gewoon zelf met de auto naar huis. Samen met zijn Rita rijdt hij de 321 km terug naar Mere, alsof hij net niet de belangrijkste koers ter wereld heeft gewonnen. En als Rita haar man waarschuwt dat heel Mere op zijn kop staat, dat het er een zottekot is, denkt Lucien dat het allemaal nog wel zal meevallen. Zo speciaal zal het wel niet zijn zeker …

Zondagnacht in Mere, Lucien wordt als een held onthaald.